1.  De meest relevante punten

  • Harde cijfers over verschillen in COPD prevalentie gebaseerd op etniciteit zijn er niet, maar wel is er onderdiagnostiek en onderbehandeling van COPD bij migranten door de huisarts beschreven.
  • Turkse en Antilliaanse mannen rapporteren zelf meer COPD klachten dan mannen met een Nederlandse of andere etnische achtergrond.
  • Wat betreft de risicofactoren voor COPD en etniciteit: Turkse mannen roken meer dan mannen uit andere migrantengroepen.
  • Culturele aspecten belemmeren het stoppen met roken.
  • Risicofactoren, veranderen van leefstijl en medicatietrouw vergen veel aandacht en ondersteuning.
  • Extra aandacht voor voorlichting is nodig; het Longfonds heeft voorlichtingsmateriaal in het Turks en Arabisch.
  • De NHG-standaard COPD (2021) beschrijft geen etnische verschillen in de prevalentie van COPD, maar waarschijnlijk is er sprake van onderdiagnostiek en onderbehandeling van COPD onder mensen met een migratieachtergrond in de huisartspraktijk.
  • Er is weinig onderzoek gedaan naar de prevalentie van COPD onder migranten en asielzoekers in Nederland, hetzelfde geldt voor migranten in buurlanden.
  • Ook is er weinig bekend over de prevalentie van COPD op de Antillen en in Suriname. Curaçao rapporteerde vergelijkbare prevalenties met Nederland (ongeveer 3%).
  • De zelf-gerapporteerde prevalenties van astma en COPD zijn echter hoger onder sommige groepen, voornamelijk onder mannen met een Turkse achtergrond, maar ook onder mannen met een Antilliaanse achtergrond.
  • COPD wordt vaker vastgesteld bij mensen uit een laag sociaal-economische klasse. Veel patiënten met COPD zijn verminderd gezondheidsvaardig.
  • Prevalentie roken: Zie ook onderwerp Verslaving Roken.
    • Groter percentage rokers onder mannen van Turkse en Syrische afkomst.
    • Groter percentage rokers onder (arbeids)migranten uit Oost-Europa. Zie ook onderwerp Arbeidsmigranten.
    • Kleiner percentage rokers onder andere migrantengroepen (bijvoorbeeld Marokkanen, Ghanezen).
    • Vrouwen uit bijna alle migrantengroepen roken weinig, Turkse vrouwen uitgezonderd.
    • Veel ongedocumenteerde migranten en asielzoekers roken veel t.g.v. stress.
  • Andere risicofactoren, zoals overgewicht en onvoldoende beweging, komen veel voor bij mensen met een Turkse achtergrond. Ook bij Marokkanen, Surinamers en Antillianen komen onvoldoende beweging en overgewicht vaker voor dan bij Nederlanders.

Blootstelling aan fijnstof binnenshuis (bijvoorbeeld door koken) in het verleden is ook een significante risicofactor voor COPD onder migranten en asielzoekers.

Geen verschillen t.o.v. Nederlandse bevolking: zie standaard.

In aanvulling op NHG standaard M26 COPD.

  • Anamnese
    Inname van inhalatie medicatie. Begrijpt de patiënt het nut van onderhoudsmedicatie? Hoe is het inname schema, hoe vaak wordt er gestopt en gestart met medicatie? Of worden “pufjes” alleen toegediend bij klachten?
  • Diagnostiek
    • Zeker bij migranten bij controles niet alleen focussen op de longfunctie, maar ook de mate van hinder en beperkingen vastleggen met bijvoorbeeld de Clinical COPD Questionnaire CCQ (zie NHG Standaard). In tien vragen wordt de ziekte gerelateerde gezondheidstoestand (3 domeinen: symptomen, functionele- en mentale status) beoordeeld. De CCQ is gevalideerd en beschikbaar in verschillende talen: ccq.nl.
  • Niet-medicamenteus advies
    • Gerichte preventie en behandeling van leefstijl en risicofactoren.
    • Houd rekening met culturele belemmeringen om met roken te stoppen. Zie ook onderwerp Verslaving Roken.
      • Motiverende gespreksvoering met duidelijkheid over de nadelen van roken.
      • Het feit dat het dringende en directieve advies om te stoppen van de dokter komt, is bij sommige patiënten effectief.
      • Veel migranten zijn slecht op de hoogte van hulpmiddelen om met roken te stoppen: geef hierover voorlichting.
    • Vergeet niet te vragen naar het gebruik van waterpijp (shisha) en ontmoedig het gebruik.
    • Betreffende medicatie: het toepassen van de juiste inhalatietechniek en het begrijpen van de noodzakelijkheid van chronische medicatie verdient extra aandacht.
    • Bij eindstadium COPD soms aanhoudende wens tot actief beleid en insturen. Vereist goede uitleg van eindstadium COPD en symptomatisch beleid.
    • Zie voor voorlichtingsmateriaal de site van het Longfonds. Er zijn animaties beschikbaar in het Nederlands, Turks en Arabisch. De animaties geven uitleg over hoe de longen werken, wat er in de longen gebeurt bij COPD en wat longmedicijnen doen.
  • Uijen AA, Schermer TRJ, Hoogen HJM van den, et al. Prevalentie en zorgconsumptie bij astma en COPD in relatie tot etniciteit. Ned tijdschr Geneeskd. 2008;152:1157-63
  • Denktaş S, Koopmans G, Birnie E, et al. Underutilization of prescribed drugs use among first generation elderly immigrants in the Netherlands. BMC Health Serv Res 2010;10:176
  • Volksgezondheid Instituut Curaçao. COPD in Curaçao, 2018.
  • Zantinge EM, Devillé WLJM, Heijmans MJWM. Allochtonen met astma, COPD of hooikoorts in Nederland: wat is er bekend? NIVEL 2006
  • Brathwaite R, Smeeth L, Addo J, et al. Ethnic differences in current smoking and former smoking in the Netherlands and the contribution of socioeconomic factors: a cross-sectional analysis of the HELIUS study. BMJ Open 2017;7:e016041
  • Trimbos Instituut. Vluchtelingen en middelengebruik. Verslag van onderzoek onder Syrische en Eritrese vluchtelingen. 2018.
  • Jansen Lorkeers L, ’t Hooft S, Lenkens M, et al. Midden- en Oost-Europese werknemers in kwetsbare posities. Handvatten voor preventie en terugdringen van dakloosheid en verslaving. Onderzoeksinstituut IVO en Stichting Barka, Den Haag, 2022.
  • Jaarrapport Integratie 2018. Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag / Heerlen / Bonaire, 2018.
  • Siddharthan T, Grigsby MR, Goodman D, et al. Association between Household Air Pollution Exposure and Chronic Obstructive Pulmonary Disease Outcomes in 13 Low- and Middle-Income Country Settings. American Journal of Respiratory and Critical Care Medicine 2018;197(5):611-620.

COPD, longemfyseem, roken, inhalatiemedicatie