1. De meest relevante punten

  • Mensen met een migratieachtergrond die in Nederland wonen hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van psychotische aandoeningen waaronder schizofrenie. Verhoogde prevalenties zijn gevonden bij mensen met een Marokkaanse, Surinaamse of Antilliaanse achtergrond of die afkomstig zijn uit Sub-Sahara Afrika.
  • Het is belangrijk om aandacht te hebben voor culturele en religieuze verklaringsmodellen van psychotische symptomen. Voorbeelden zijn het boze oog, djinns, de duivel, winti en voodoo. Deze verklaringen kunnen invloed hebben op hoe klachten worden beleefd en gecommuniceerd.
  • Factoren zoals migratie, sociale uitsluiting, etnische identiteit en de reden van migratie lijken een rol te spelen in het verhoogde risico op schizofrenie en psychose.
  • Mensen met een migratieachtergrond met symptomen van een psychose komen vaak laat in de zorg. Dit komt onder andere door:
    • Het niet herkennen of erkennen van symptomen
    • Angst voor stigma rondom psychische klachten
    • Eerst op zoek gaan naar hulp via traditionele of religieuze wegen.
  • Bij de medicamenteuze behandeling is het belangrijk om rekening te houden met variaties in gevoeligheid en bijwerkingen van antipsychotica tussen mensen met verschillende etnische achtergronden. Dit vraagt om zorgvuldige dosering en monitoring.

In de algemene bevolking is de prevalentie van schizofrenie ongeveer 3,8 per 1000 mannen en 2,0 per 1000 vrouwen [1]. Een psychose of psychotische verschijnselen komen bij ongeveer 10-20% van de bevolking voor [2].

Schizofrenie

Mensen met een migratieachtergrond krijgen vaker de diagnose schizofrenie dan mensen zonder migratieachtergrond.

  • Er zijn weinig recente Nederlandse cijfers over de prevalentie van schizofrenie bij mensen met een migratieachtergrond. Studies die gedaan zijn tussen 1990 en 2010 lieten het volgende zien:
    • Mensen geboren in Suriname of op de Antillen hebben drie keer meer kans op schizofrenie dan mensen zonder migratieachtergrond [3,4].
    • Mensen met een Marokkaanse achtergrond hebben zelfs 4,5 keer meer kans [3,4].
    • Voor mensen met een Turkse achtergrond is er geen duidelijk verhoogd risico gevonden [3,4].
    • Het risico werd eerder groter dan kleiner bij ‘tweede-generatie’ migranten.

Psychosen

  • Onderzoek in de Randstad toont een verhoogde incidentie van psychosen bij mensen afkomstig uit Marokko, Suriname, de Nederlandse Antillen en sub-Sahara Afrika [5].
  • Europese cijfers laten eens soortgelijk patroon zien: mensen uit niet-Europese landen hebben tot drie keer meer kans op het ontwikkelen van een psychose. Er is ook duidelijke invloed van sociale factoren [5,6].
  • Het risico op psychose is ook verhoogd bij mensen die in Nederland geboren zijn met een migratieachtergrond.
  • Opvallend is dat in de meeste landen van herkomst geen verhoogde incidentie wordt gevonden.
  • Onderzoek in Europa laat zien dat mensen met een vluchtachtergrond en mensen die asiel aanvragen ongeveer drie keer meer kans hebben op het ontwikkelen van een psychose dan mensen zonder migratieachtergrond [7]. Dit geldt vooral voor mensen die recent zijn aangekomen in Nederland. Het risico op psychose neemt vooral jaarlijks toe bij een langdurige asielprocedure [8].
  • Ook onder dakloze mensen in Nederland komt psychose en schizofrenie relatief vaak voor. Ongeveer de helft van de dakloze mensen heeft een migratieachtergrond buiten West-Europa (CBS 2021).

Behandeling en opname in verband met psychosen en/of schizofrenie

  • Mensen met een Surinaamse of Marokkaanse achtergrond (met name mannen) worden vaker behandeld voor psychose dan mensen zonder migratieachtergrond (2,1%; 1,1%; 0,45% respectievelijk). Bij tweede generatie met een Marokkaans, Antilliaans, Surinaams en in mindere mate Turkse achtergrond is het risico op ambulante of klinische behandeling zelfs 6-9 keer hoger [3]. Er zijn verschillen in medicatiegebruik:
    • Mensen met een Turkse of Marokkaanse achtergrond gebruiken meer psychotrope medicatie dan mensen zonder migratieachtergrond.
    • Mensen met een Antilliaanse en Surinaamse achtergrond gebruiken minder psychotrope medicatie dan mensen zonder migratieachtergrond [9].

Sociaalpsychologische factoren

Verschillende sociaalpsychologische factoren die samenhangen met migratie kunnen bijdragen aan een verhoogd risico op schizofrenie en psychosen. Dit blijkt uit het volgende:

  • Mensen die hun zijn land ontvlucht hebben een hoger risico op schizofrenie en andere niet-affectieve psychoses, dan mensen die om andere redenen naar een welvarend land zijn gemigreerd [7].
  • Wonen in een buurt met veel mensen van de zelfde etnische achtergrond lijkt een beschermende werking te hebben tegen het ontstaan van psychosen [10].
  • De manier waarop mensen met een migratieachtergrond hun eigen identiteit ervaren en waarderen, speelt een rol in de ontwikkeling van schizofrenie. Personen die zich niet of negatief identificeren met hun etnische achtergrond, hebben een verhoogd risico op schizofrenie terwijl een sterke etnische identiteit juist beschermend werkt. Bij adolescenten met een zwakke etnische identiteit bleek de kans op psychotische ervaringen twee keer zo groot, en de kans op hallucinaties zelfs drie keer zo groot [11].
  • Beperkte beheersing van de Nederlandse taal kan het risico op een psychose vergroten [12].

Het gebruik van middelen zoals cannabis, cocaïne, LSD en amfetaminen kan bijdragen aan het ontstaan van schizofrenie en psychosen. Hoewel deze middelen de start van schizofrenie en exacerbatie van pre-existerende psychosen kunnen beïnvloeden, is er geen verband aangetoond tussen middelengebruik en de hogere bij bepaalde groepen mensen met een migratieachtergrond.

Onderzoek roept de vraag op of de verhoogde prevalentie van psychoses en schizofrenie onder sommige groepen met een migratieachtergrond mede verklaard kan worden door gebrek aan cultuur-sensitieve diagnostiek. Hierdoor bestaat het risico dat bepaalde symptomen onterecht als horend bij een psychose worden beoordeeld [13,14]. Het gebruik van diagnostische instrumenten die rekening houden met culturele contexten kan bijdragen aan een betrouwbaardere beoordeling. Een voorbeeld hiervan is CASH (= Comprehensive Assessment of Symptoms and History) versus CASH-CS (= cultuur-sensitieve versie).

Cultuur en de interpretatie van psychische klachten

  • Culturele achtergrond speelt een belangrijke rol in hoe mensen hun klachten ervaren en hoe zij dit labelen (normaal vs. niet normaal). Dit geldt voor zowel patiënten als voor zorgverleners, cultuur beïnvloedt hoe patiënten bepaalde symptomen ervaren en benoemen en uiten, en voor zorgverleners hoe de symptomen worden geïnterpreteerd en beoordeeld. Zo kunnen ervaringen zoals trance of bezetenheid (door de duivel, door een djinn, of een geest), of het horen van stemmen en communiceren met overleden familieleden, in sommige culturen deel uitmaken van religieuze of spirituele tradities. Binnen de Nederlandse context kunnen deze uitingen echter onterecht worden geïnterpreteerd als hallucinaties of symptomen van een psychose. Het blijvende karakter van de ervaringen en effect op het dagelijks leven kan helpen differentiëren tussen cultuur en ziekte
  • In veel culturen bestaan religieuze of spirituele verklaringen voor psychosen of schizofrenie. In het land van herkomst wordt vaak eerst hulp gezicht bij religieuze leiders, zoals imams, priesters, profeten, familieoudsten, traditionele genezers of spirituele begeleiders, voordat mensen een arts raadpleegt.
  • De DSM-classificatie is gebaseerd op Europese psychiatrische kaders definieert wat als afwijkend gedrag wordt gezien binnen die context. In de meest recente versie, deDSM-5-TR is er meer aandacht voor culturele concepten van distress (cultural and psychiatric disorders). Deze term verwijst naar he besef dat ziektebeleving, ziektegedrag en symptomen cultureel beïnvloed kunnen zijn. Ook worden in de DSM-5 de geografische links van bepaalde syndromen genoemd zoals anorexia nervosa en binge-eating, die oorspronkelijk voornamelijk in het Globale Noorden voorkwamen en ‘koro’ wat alleen in Zuidoost-Azië voorkwam, waarbij men gelooft dat geslachtsorganen krimpen en in het lichaam verdwijnen met fatale gevolgen. [15]
  • Het Trimbosinstituut heeft een cultuursensitief addendum ontwikkeld bij de multidisciplinaire richtlijn schizofrenie, waarin ook aandacht is voor het CASH-CS-model [16].

Cultuurgebonden, religieuze of alternatieve verklaringen voor wanen of hallucinaties

  • Winti is een traditionele religie afkomstig uit West-Afrika en via de slavernij in Suriname terechtgekomen. Binnen Winti zijn zowel goedaardige als boosaardige krachten aanwezig.  Vooroudergeesten en winti’s worden geëerd en kunnen vergelding brengen bij het overtreden van spirituele regels.
  • Brua, een Afro-Caribische religie die voorkomt op de Antillen, en rust op de pijlers van kruidengeneeskunde en magisch-religieuze rituelen. Deze rituelen worden gezien als zowel oorzaak en remedie voor psychische klachten.
  • Het boze oog is een breed verspreid geloof waarbij men denkt dat iemand schade kan toebrengen door boze of jaloerse blikken. Vaak hangt het boze oog samen met vervloeking en bezetting door demonen. Dit geloof komt voor in het Middellandse Zeegebied (Turkije, Griekenland), maar ook in het Midden-Oosten, Zuidoost-Europa, Oost-Afrika, India en Zuid-Amerika en is niet gerelateerd aan een specifieke religie.
  • Voodoo vindt zijn oorsprong in West-Afrika (met name in Togo en Benin) en nog wordt steeds actief beoefend in delen van Afrika en het Caribisch gebied.  Het combineert geloof in één schepper met verering van lagere goden, geesten en voorouders. Rituelen binnen voodoo kunnen dienen om genezing te bevorderen, bescherming te bieden of contact te maken met de spirituele wereld.
  • Djinns, worden in de Koran beschreven als onzichtbare wezens die hulp kunnen bieden (goede djinns) of klachten kunnen veroorzaken (kwade djinns). Ze worden soms als bron gezien van psychiatrische symptomen.
  • Binnen het christendom, vooral binnen evangelische en orthodoxe stromingen in het globale Zuiden en Oost-Europa, worden psychische klachten soms toegeschreven aan bezetenheid door de duivel. Behandeling kan bestaan uit gebed, rituelen met heilig water of andere religieuze handelingen.

Anamnese en diagnostiek

Volgens de DSM-5-TR is er sprake van schizofrenie wanneer twee of meer van de onderstaande symptomen, gedurende ten minste één maand een belangrijk deel van de tijd aanwezig zijn:

  • Negatieve symptomen: verminderde motivatie, afgevlakte emotionele beleving en vertraagde gedachtegang.
  • Onsamenhangende spraak (bijvoorbeeld frequent de lijn in een gesprek verliezen of het spreken van onsamenhangende zinnen).
  • Ernstig chaotisch of katatoon gedrag, zoals het aannemen van willekeurige, onaangepaste of opvallende houdingen).

Minstens één van de twee symptomen moet bestaan uit wanen, hallucinaties of gedesorganiseerde spraak.

Aandachtspunten in de communicatie en diagnostiek

  • Veel patiënten met een migratieachtergrond hebben een religieuze of spirituele visie. Informeer daarom altijd op een open en respectvolle manier of de patiënt en/of de naasten in bovennatuurlijke verklaringen gelooft zoals God, Allah, de duivel, het boze oog, een djinn, magie, winti of brua. Vraag ook door als patiënten aangeven stemmen te horen.  Het bespreken van spirituele ervaringen kan voor patiënten beladen zijn, maar biedt vaak opluchting wanneer zij hierover hun verhaal kunnen delen.
  • Informeer naar eerdere ondergane behandelingen zoals Koranteksten, Ruqyah, rituele wassingen, het dragen van een talisman, drinken van zemzem water, cupping, bezoeken aan heilig plaatsen of handelingendoor religieuze leiders.
  • Houd rekening met zowel genetische als omgevingsfactoren bij het ontstaan van schizofrenie. Denk hierbij aan middelengebruik of het opgroeien in een stedelijke omgeving. Breng deze factoren zorgvuldig in kaart.

Behandeling

  • Goede communicatie met de patiënt én diens naasten is essentieel. Geef duidelijke uitleg over het behandelproces, waarbij je rekening houdt met culturele achtergrond, mogelijke argwaan en wantrouwen. Benoem expliciet dat er angst kan bestaan voor stigma en dat er soms wantrouwen is jegens de geestelijke gezondheidszorg. Een combinatie van traditionele/culturele en reguliere psychiatrische behandelingen kan van grote waarde zijn. Houd rekening dat psychiatrische aandoeningen zoals psychosen en schizofrenie binnen bepaalde culturele en religieuze contexten beladen zijn.
  • Bij een gedwongen opname van een persoon met migratieachtergrond is het extra belangrijk om zorgvuldig uitleg te geven over de aandoening en de procedures. Taalbarrières en culturele verschillen kunnen het begrip bemoeilijken. De huisarts of praktijkondersteuner speelt hierin een belangrijke rol, ook richting naasten.
  • Vrijwillige ambulante behandeling is in de beginfase vaak lastig. Door de psychose heeft de patiënt vaak gebrek aan ziekte-inzicht, waardoor de patiënt zichzelf verwaarloost en de voorgeschreven medicatie niet inneemt.
  • Een crisismaatregel met verplichte behandeling wordt relatief vaker toegepast bij psychiatrische patiënten met een migratieachtergrond [17, 18]. Dit vraagt om extra aandacht voor gelijke behandeling en het voorkomen van onbedoelde verschillen in zorg
  • De werking en bijwerkingen van psychiatrische medicatie kunnen verschillen per persoon en achtergrond. Zo hebben mensen met Antilliaanse achtergrond (en waarschijnlijk ook anderen met wortels in West- en Zuid-Afrika) sneller last van extrapiramidale bijwerkingen. Soms zijn daarom dosisaanpassingen van medicatie nodig. Zie ook onderwerp Farmacotherapie: etnische en culturele verschillen.

Verwijzen

Overweeg bij verwijzing naar de geestelijke gezondheidszorg of het mogelijk is om de patiënt in contact te brengen met een psycholoog of psychiater die  dezelfde taal spreekt of een vergelijkbare culturele en/of religieuze achtergrond heeft. Ook voorafgaand aan een verwijzing is vaak telefonisch overleg mogelijk met een behandelaar of instelling. Veel mensen met schizofrenie en  een migratieachtergrond  binnen reguliere GGZ-instellingen, maar daarnaast bestaan er instellingen die specifiek ervaring hebben met cultuursensitieve zorg en behandeling van mensen met diverse achtergronden. Zie ook Cultuur en Gezondheid: Aanbieders cultuur-sensitieve zorg.

  • American Psychiatric Association (2022): DSM-5-TR
  • Barrières in de ggz voor asielzoekers in hoge-inkomenslanden. L. Claus, L. Van de Vliet, K. Dockx, B.G.C. Sabbe, N. Destoop, S. van den Ameele
  • Hoogsteder M & Veling W. Een open geest met andere ogen – Interculturele diagnostiek en behandeling van mensen met psychose. (2013). ISBN: 978-90-77782-25-5 Mikado
  • Suurmond J, Seeleman C, Stronks K en Essink-Bot ML (2012). Een arts van de wereld, etnische diversiteit in de praktijk. Tweede herziene druk, BSL
  • Borra R, Dijk R van, co-auteur Verboom, R (2016). Cultuur en psychodiagnostiek.2e BSL 9789036810685

Ismael doet vreemd – Beeldverhaal over een familielid met een psychose in Nederlands, Berbers, Marokkaans Arabisch en Syrisch Arabisch

Psychose, schizofrenie, wanen, cultuur, identiteit, transculturele psychiatrie, antipsychotica

  1. https://www.vzinfo.nl/schizofrenie/leeftijd-en-geslacht
  2. https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/schizofrenie/schizofrenie_-_startpagina.html
  3. Selten, J.P., Laan, W., Kupka, R., Smeets, H. & van Os, J. Meer kans op depressie en psychose bij allochtonen? Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde 2011;155:A3253.
  4. Veling, W. (2008). Schizophrenia amongst ethnic minorities. Proefschrift, Erasmus Universiteit, ISBN 978-90-8559-344-7
  5. Termorshuizen, F., Van Der Ven, E.M.A., Velthorst, E., van Dam, D.S., Rutten, B.P., van Os, J., De Haan, L. & Selten, J.P. Incidentie van psychose onder migranten in Nederland. Resultaten van de EU-GEI-studie. Ned Tijdschrift voor Geneeskunde 2021;165:D5585.
  6. Selten, J.P., van der Ven, E., & Termorshuizen, F. Migration and psychosis: A meta-analysis of incidence studies. Psychological Medicine 2019;50(2):303–313.
  7. Fleuren, N.. Vluchteling heeft meer risico op psychose dan migrant. Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde 2016;160:C2938.
  8. Hvidtfeldt, C., Petersen, J.H. & Norredam, M. Prolonged periods of waiting for an asylum decision and the risk of psychiatric diagnoses: a 22-year longitudinal cohort study from Denmark. International Journal of Epidemiology 2020;49(2):400–409.
  9. Fleuren, N. Ander gebruik psychofarmaca onder immigranten. Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde 2017;161:C3549.
  10. Veling, W., Susser, E., van Os, J., Mackenbach, J.P., Selten, J.P., Wijbrand Hoek, H. Incidentie van psychotische stoornissen bij immigranten hangt samen met etnische dichtheid van wijken. Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde 2010;154:A1767.
  11. El Bouhaddani, S., van Domburgh, L., Schaefer, B., Doreleijers, T.A.H. & Veling, W. Psychotic experiences among ethnic majority and minority adolescents and the role of discrimination and ethnic identitySoc Psychiatry Psychiatr Epidemiol 2019;43(3):343-353.
  12. Jongsma, H.E., van der Ven, E.M.A., Velthorst, E., De Haan, L., Rutten, B.P.F. & van Os, J. Taalachterstand en psychose onder mensen met een migratieachtergrond. Tijdschrift voor Psychiatrie 65(3):175-180.
  13. Zandi T (2014). The role of cultural background in diagnosing psychotic disorders. Misclassification of psychiatric symptoms in Moroccan immigrants in the Netherlands. Proefschrift, UvA, ISBN 978-90-8891-802-5.
  14. Zandi, T., Havenaar, J.M., Smits, M., Limburg-Okken, A.G., van Es, H., Cahn, W. & van den Brink, W.. First contact incidence of psychotic disorders among native Dutch and Moroccan immigrants in the Netherlands; influence of diagnostic bias. Schizophrenia Research 2010;119(1-3): 27-33.
  15. Lewis-Fernandez R, Kirmayer LJ. Cultural concepts of distress and psychiatric disorders: Understanding symptom experience and expression in context. Transcultural Psychiatry, 2019. Vol. 56(4) 786-803
  16. Trimbosinstituut: Cultuur sensitief addendum richtlijn schizofrenie (2015) www.trimbos.nl
  17. Vinkers, D.J., Barendrecht, M., de Beurs, E., Hoek, H.W., Rinne, TH.. Etnische verschillen tussen pro Justitia gerapporteerde verdachten. Tijdschrift voor psychiatrie 2011;53:801-811.
  18. Barnett, P., Mackay, E., Matthews, H., Gate, R., Greenwood, H., Ariyo, K., Bhui, K., Halvorsrud, K., Pilling, S., Smith, S.. Ethnic variations in compulsory detention under the Mental Health Act: a systematic review and meta-analysis of international data. Lancet Psychiatry 2019;6(4):305-317.