1.  De meest relevante punten

  • Acute reizigersdiarree is meestal een self-limiting bacteriële infectie (enterotoxische E. coli).
  • Klinisch is sprake van diarree, misselijkheid, braken, (krampende) buikpijn en soms koorts.
  • Chronische reizigersdiarree is vaak parasitair, maar denk ook aan een niet-infectieuze oorzaak.
  • Doe altijd malariadiagnostiek bij diarree met koorts na bezoek aan een malariagebied.

Meest voorkomende ziekte bij reizen naar ontwikkelingslanden, 20 – 60% van de reizigers krijgt ermee te maken. De kans is het grootst op het Indiaas subcontinent en Centraal-Azië, gevolgd door Afrika en Zuid-Amerika.

Transmissie is hoofdzakelijk feco-oraal, reizigers krijgen de pathogenen binnen via gecontamineerd voedsel of water. Enterotoxische E. coli is de belangrijkste verwekker van reizigersdiarree. Daadwerkelijke ziekte ontstaat door of

  • toxines: cholera, E. coli, Clostridium
  • invasive: Salmonella spp, Shigella spp, Yersinia enterocolitica, Campylobacter jejuni, rota- en norovirus)

Symptomen

In de regel mild tot matig ernstig ziektebeeld met diarree, misselijkheid, braken, (krampende) buikpijn en soms koorts. De klachten verdwijnen meestal spontaan binnen vijf dagen. Dysenterie met heftige buikkrampen en bloed of slijm bij de ontlasting komt incidenteel voor.

Differentiaaldiagnose zie diagram 1 en 2

     Complicaties

  • Risico op dehydratie: kinderen <2 jaar, ouderen >70 jaar, hart- en vaatziekten, diabetes, nierinsufficiëntie, medicatiegebruik (o.a. diuretica en ACE-remmers).
  • Post-infectieuze lactose-intolerantie of prikkelbare darmklachten (4-32%): self-limiting in weken-maanden.
  • Bij Inflammatory Bowel Disease (Crohn, colitis ulcerosa) meer kans op complicaties (o.a. toxisch megacolon), gemaskeerd door corticosteroïden.
  • Bij immunosuppressie (vooral HIV) meer kans op invasieve vorm bacteriële diarree of chronische diarree bij protozoa.

Diagram 1: Differentiaaldiagnose acute diarree < 2 wk

Diagram 2: Differentiaaldiagnose chronische diarree (> 2 wkn)

In aanvulling op NHG-standaard acute diarree.

  • Anamnese en lichamelijk onderzoek
  • Onderzoek op koorts en tekenen van dehydratie
  • Aanvullend onderzoek
  • Alleen op indicatie
    • Zieke patiënten met aanhoudende of hoge koorts, frequente diarree of dysenterie
    • Immuungecompromitteerde patiënten
    • Persisterende/chronische diarree (> 10 dagen)
  • Gericht PCR onderzoek van feces naar mogelijke verwekker
  • Zie diagram 3 en 4
  • Preventie
  • Voorzichtigheid met drinkwater (alleen gesloten flessen), rauwe melk, verse groenten/fruit, rauw of onvoldoende gekookt vlees, vis en schaaldieren. Het adagium ‘cook it, boil it, or peel it’ is achterhaald; strikt mijden van bovenstaande producten voorkomt reizigersdiarree niet, maar oplettendheid is geadviseerd.
  • Antibiotica azitromycine [Azië] of ciprofloxacine [Afrika, Zuid-Amerika]) zijn alleen geïndiceerd bij risicogroepen (zie LCR-richtlijn):
    • Rolstoelafhankelijke reizigers
    • Reizigers met stoma
    • Verblijf onder primitieve omstandigheden en geen arts beschikbaar (starten bij koorts of dysenterie, of hevige diarree > 48 uur)
    • Risico op complicaties: diabetes, ernstige nierinsufficiëntie (GFR <30), lithium- of digoxinegebruik (risico op intoxicatie)
    • Immuunstoornis
    • Te overwegen bij ouderen en/of protonpompremmergebruik
  • Therapie
  • Zie diagram 3 en 4 als aanvulling op de NHG-Standaard.
  • Loperamide kan veilig gegeven worden bij acute diarree gedurende 24-48 uur.

 Diagram 3: Beleid acute diarree 

Diagram 4: Beleid chronische diarree

  • Travelers’ Diarrhea.
  • Reizigersdiarree (protocol). Versie 2018-II. Beschikbaar voor abonnees.
  • NHG-standaard Acute Diarree (M34). 2014.
  • Genderen P van, Hellemond J van, Overbosch D, Slobbe L, Wismans P. Na de reis. EYing; 2019
  • Beeching N, Gill G. Tropical Medicine – Lecture notes (7th edition). Chichester: Wiley Blackwell, 2014 p 4-10.
  • Diarree (LESA Laboratoriumdiagnostiek). Versie juni 2020.
  • Edeling WM, Verweij JJ, Ponsioen CY, Visser LG. Uitbraak van amoebiasis in een Nederlands gezin; tropen onverwacht dichtbij. Ned Tijdschr Geneesk 2004;148(37):1830-4.
  • Douma Joeri AJ, Smulders YM. Loperamide bij acute infectieuze diarree. Ned Tijdschr Geneesk 2015;159: A9132
  • Grobusch MP, et al. AMC Richtlijn Behandeling van Importziekten en Parasitaire infecties. AMC; 2017

diarree, Shigella, Campylobacter, Salmonella, feces, amoebiasis, dysenterie, protozoa, eosinofilie, giardiasis, Giardia, Escherichia, E. coli, Cryptosporidium, Cyclospora, norovirus, rotavirus, malaria, Schistosomiasis, Strongyloides